Samenwerken begint bij jou!

In mei 2017 startte de gemeente Rotterdam de pilot Sluitend Samenwerken 0-100 jaar, afgekort SluiS. SluiS gaat over communiceren en samenwerking zoeken tussen organisaties en instellingen, die betrokken zijn bij burgers waar zorgen over zijn. Wij spraken Emy, benoemd tot SluiS-wachter voor het Centrum voor Dienstverlening (CVD), en aangesloten bij de Denktank SluiS.

SluiS helpt bij opstarten samenwerking

Sinds de overgang naar de WMO in 2015 moesten alle hulpverleningsorganisaties elkaar weer zien te vinden. Vanuit de praktijk bleek dat de samenwerking tussen organisaties niet altijd vloeiend verliep. Men kon elkaar moeilijk bereiken en wist niet wie er nog meer betrokken was bij een cliënt. Daardoor gingen professionals langs elkaar heen werken. Maar juist door samen te werken kun je de cliënt de hulp bieden die hij nodig heeft. SluiS is een mooi instrument dat helpt bij het opstarten van de samenwerking. De hulpverlening blijft natuurlijk bij de professional, want die is er voor verantwoordelijk dat de samenwerking goed verloopt.

Pak problematiek bij de wortel aan

Rotterdam is goed bezig, maar het kan altijd beter! Met een aantal behandelaren verloopt de samenwerking goed. Maar er zijn ook praktijksituaties, waarbij het contact krijgen traag verloopt en de samenwerking moeizaam op gang komt. Volgens Emy komt dit doordat professionals gewend zijn om op hun “eigen eilandje” te blijven. Zij zijn onvoldoende systeemgericht. Hulpverlening moet gericht zijn op het gehele systeem van een cliënt. Partner, kinderen, familie en vrienden moeten meegenomen worden om een totaalbeeld te krijgen. Uit onderzoek blijkt dat bij problematiek van een kind 30% voortkomt uit kind zelf, 70% komt voort uit het systeem dat om een cliënt heen hangt. Door systeemgericht te werken, kom je bij de bron van de problematiek en kan deze bij de wortel aangepakt worden.

Overzicht van betrokken professionals

Emy omschrijft SluiS als “een cadeau” voor professionals. Waar nu veel tijd wordt besteed om erachter te komen wie er betrokken is bij een cliënt, kun je met SluiS direct een overzicht krijgen. Het CVD heeft ervoor gekozen om SluiS te gebruiken voor al hun cliënten, aangezien cliënten vaak voordat zij bij CVD terecht komen, al een heel voortraject hebben gehad.

Het CVD neemt graag de verantwoordelijkheid als match-regisseur op zich, omdat zij snel wil schakelen met betrokken professionals en wil doorpakken ten behoeve van de cliënt. Door open en transparant met elkaar te communiceren, wordt er op een prettige manier multidisciplinair samengewerkt.

De meerwaarde van samenwerken:

Dat de Kredietbank Rotterdam deelneemt aan SluiS vindt Emy een grote meerwaarde. Bij veel cliënten is er sprake van financiële problematiek en dan is het fijn om korte lijntjes te hebben met de Kredietbank.

Escalatie voorkomen

Een ander voorbeeld dat het belang van vroegtijdig samenwerken onderstreept, gaat over een man die sinds ongeveer een jaar begeleid wordt door het CVD. Onlangs zorgde hij voor grote geluidsoverlast in zijn wijk. De cliënt had hier tijdens de begeleiding helemaal niks over gedeeld en van andere betrokken instanties was geen signaal binnengekomen. Uiteindelijk kwam er een signaal vanuit het wijkteam. Inmiddels is de situatie echter zodanig geëscaleerd, dat de cliënt dakloos dreigt te raken. De betrokken partijen zijn het wijkteam, wijkagent, politie, woningbouwverenging en een psychiatrisch behandelaar. Als we eerder een signaal hadden gekregen van een van de betrokken partijen, dan hadden we dit besproken tijdens de hulpverlening. Nu zijn de gevolgen verschrikkelijk!

Openheid en transparantie

Professionals hebben te maken met handelingsverlegenheid. Angst om te handelen, dat de cliënt geen toestemming geeft, of bang om de vertrouwensband te beschadigen. Emy probeert die handelingsverlegenheid weg te nemen door professionals te trainen. Belangrijk is dat professionals niet spreken van een melding. Het gaat in SluiS niet om een melding maar een “signalering”. Tevens informeer je de klant over de meerwaarde van SluiS. De professional is er voor de cliënt en neemt hem mee in het eventueel uitwisselen van informatie. Het motto is: “openheid en transparantie”.

Door open met elkaar te communiceren, durven te benoemen wat je ziet en met elkaar te delen zullen we ver komen. Emy adviseert deelnemende organisaties elkaar uit te nodigen tot contact. Samenwerken begint bij ons!

 

Emy Babic begon 7,5 jaar geleden bij het CVD als ambulant maatschappelijk werker, waarna zij doorstroomde als intaker en inmiddels is zij 2,5 jaar werkzaam als werkbegeleider van twee teams; Teams Zuid West en Noord Midden. Tevens is Emy aandachtsfunctionaris huiselijk geweld voor het gehele cluster van het CVD. Naast haar werkzaamheden bij het CVD geeft zij empowermenttrainingen aan slachtoffers van huiselijk geweld en aan kinderen van 4 tot 12 jaar. 

Evaluatie SluiS 2017

De pilot van Sluitend Samenwerken (SluiS) is al een aantal maanden goed op weg. Tijd om te evalueren!

De evaluatie bestaat uit een kwantitatieve analyse en uit een kwalitatief deel en is daarmee de basis voor het advies dat de SluiS Denktank* tussen oktober–november zal opstellen.

Aan alle signaleringsbevoegde professionals wordt vanaf vandaag gevraagd deel te nemen aan een enquête. Deze is vanaf heden tot 20 oktober beschikbaar in de SluiS webapplicatie, menu-onderdeel ‘Links’: https://signaleren.sluitendsamenwerken.nl

Mede namens de Denktank, hartelijk dank voor uw deelname!

*De SluiS Denktank bestaat uit vertegenwoordigers van de deelnemende organisaties en leden van de projectgroep

 

<< Meer nieuws

Interview wethouder Hugo de Jonge over pilot Sluitend Samenwerken

Voor kinderen en jongeren tot 23 jaar is er de Verwijsindex Risicojongeren. Dit platform stelt hulpverleners in staat een signaal af te geven als zij zich zorgen maken over een jongere. Wanneer er meerdere signalen over dezelfde persoon worden afgegeven, ontstaat er een ‘match’ en worden de betreffende professionals met elkaar in contact gebracht. Dit systeem bevordert de samenwerking tussen verschillende instanties en voorkomt dat hulpverleners langs elkaar heen werken. Maar zorg houdt niet op bij 23, vindt de gemeente Rotterdam. De gemeente is daarom een pilot begonnen die het signaleren van problemen bij inwoners van alle leeftijden mogelijk maakt. Wethouder De Jonge legt uit hoe dit werkt.

Wat houdt het project SluiS (Sluitend Samenwerken) precies in?

“We hebben nu de Verwijsindex Risicojongeren die in Rotterdam erg goed wordt gebruikt. Van alle meldingen die landelijk worden afgegeven, komt ongeveer een derde uit onze regio. Werken met één gezin, één plan en één regisseur is hierbij de leidraad om een casus te behandelen. Het is eigenlijk gek dat deze index ophoudt bij 23, omdat de zorg niet stopt op die leeftijd. Er zijn ook zorgen over volwassenen, maar voor die groep bestaat een dergelijk systeem nog niet. Hierdoor is de kans groter dat zorgverleners langs elkaar heen werken. Omdat wij graag zien dat professionals goed met elkaar samenwerken hebben wij gekozen voor dit initiatief.”

 

Aan welke instanties en doelgroepen moeten we denken bij dit project?

“Het gaat hierbij om volwassenen met multiproblematiek. Denk aan mensen die op meerdere terreinen met problemen kampen en daarbij verschillende professionals tegenkomen. Bijvoorbeeld iemand die onder behandeling staat bij een psychiater, maar ook voor woonoverlast zorgt en daardoor opvalt bij een woningcorporatie. Deze betrokkenen hebben doorgaans niet noodzakelijkerwijs contact met elkaar en weten zelfs vaak niet van het bestaan van de zorgen van de ander. Wij willen deze zorgen en signalen bij elkaar brengen.”

Hoe wordt de privacy gewaarborgd?

“Het systeem bevat geen inhoudelijke informatie over de zorgvraag. De bedoeling van de index is, net als bij de verwijsindex bij jongeren, dat je enkel kunt zien dát er meerdere signalen zijn. We noemen dit ‘dat’-informatie en geen ‘wat’-informatie. Dit geldt voor alle professionals. Op het moment dat er een ‘match’ ontstaat bepalen de zorgverleners welke informatie zij met elkaar delen, afhankelijk van hun beroepscode.”

Weet de persoon in kwestie van deze werkwijze af?

“Ja. De professional geeft aan dat hij zich zorgen maakt en daarover een signaal gaat afgeven. Het verlenen van toestemming door de betreffende burger is afhankelijk van de situatie, maar het is voor de zorgverlener in deze situatie belangrijk daar zo transparant mogelijk in te zijn. Daarnaast is er wat privacy betreft veel ervaring opgedaan in het jeugddomein waarin wordt voldaan aan alle richtlijnen.”

“Zorg houdt niet op als je 23 bent. Die zorg bestaat over mensen van welke leeftijd dan ook. Dus dan moeten wij dat ook op die manier faciliteren.”

De pilot loopt tot eind september 2017 en sluit af met een advies over implementatie van de methode. Inmiddels zijn 27 organisaties betrokken bij de pilot.

Normaal gesproken wordt een pilot geëvalueerd en wordt daarna besloten of er een vervolg komt. Dat lijkt in dit geval een gepasseerd station: alle betrokken professionals omarmen SluiS. Het is dus niet de vraag of, maar hoe de pilot een vervolg krijgt.

De gemeente Rotterdam heeft een aantal instrumenten ontwikkeld voor professionals om zich het signaleren eigen te maken. Zo is er een toolkit, en zijn er organisatieprofielen: iedere betrokken organisatie communiceert via dat profiel wat de collega-organisatie kan verwachten: welke hulp zij bieden en in welke situatie zij signaleren. Ook biedt de gemeente Rotterdam trainingen aan.

 

Blijf op de hoogte! Nieuwsbrief voor professionals van de Gemeente Rotterdam: ‘Hebbie Effe’

Met de nieuwsbrief voor professionals ‘Hebbie Effe’ blijft u op de hoogte van het nieuws rondom hulp, welzijn, zorg & jeugd. De nieuwsbrief wordt 1x per 2 weken door de gemeente Rotterdam (cluster Maatschappelijke Ontwikkeling) verstuurd.

De digitale nieuwsbrief geeft informatie over de Rotterdamse uitgangspunten, het beleid, de producten en activiteiten en markeert de mijlpalen die zijn bereikt. De nieuwsbrief laat zien wat welzijn, zorg en jeugd in de praktijk betekent en wat de resultaten zijn. Het gaat om informatie over onder andere volwassenen- en jeugdzorg, gezondheid, de programma’s Rotterdam Groeit!, Langer Thuis, Voor Mekaar, Veilig Thuis, Taal en Integratie, Eerder Thuis, Tegenprestatie, nieuwe aanpak Welzijn en Doorontwikkeling 3D.

U kunt zich aanmelden voor de onderwerpen die uw werkzaamheden raken of die u interesseren. Meer informatie via deze link.

 

<< Meer nieuws

Startconferentie Sluitend Samenwerken 0-100 jaar

Goede samenwerking tussen professionals is noodzakelijk. Hiervoor dienen de professionals op de hoogte te zijn van elkaars betrokkenheid en zorgen rondom een cliënt. Het zorglandschap is continu in beweging.

In 2015 is de zorg gedecentraliseerd van het Rijk naar gemeenten. De gedachte hierachter is, dat gemeenten de zorg dichter bij de burgers en samen met de burgers kunnen organiseren. Voor de doelgroep kinderen en jongeren tot 23 jaar speelt de Verwijsindex hierbij een belangrijke rol. Vanaf 23 jaar dienen professionals en gemeente zelf een volledig beeld te krijgen.

Vroegsignalering

De gemeente Rotterdam wil ervoor zorgen dat er een Verwijsindex beschikbaar komt voor de zorg voor alle Rotterdammers, dus ook voor hen ouder dan 23 jaar. Belangrijk rondom de zorg van kinderen en volwassenen is om deze zorgen eerder en beter in beeld te krijgen. Het vroeg signaleren van de zorgen voorkomt zwaardere zorg.

Om dit te realiseren starten de gemeente en maatschappelijke partners de pilot Sluitend Samenwerken 0-100. Gezamenlijk investeren zij in signalering door professionals van burgers in de leeftijd van nul tot honderd jaar, waar zij zorgen over hebben. Door in een geautomatiseerd systeem vast te leggen welke instelling bij een burger betrokken is, kunnen professionals snel met elkaar in contact komen om af te stemmen over een passende aanpak. Een sluitende samenwerking ondersteunt de professional bij het snel in kaart hebben én houden van het hulpverleningsnetwerk binnen de zorg.

Startconferentie

Als startsein van de pilot vond op 23 januari in Rotterdam de conferentie ‘Sluitend Samenwerken 0-100’ plaats. Deze conferentie was voor deelnemers aan, of geïnteresseerden in, de pilot. Het is een vertegenwoordiging van een breed scala aan instanties en hulpverlenende organisaties. Met elkaar ontwikkelen we het instrument verder. Aan het eind van de rit is het doel een instrument te hebben dat iedere betrokkene breed kan inzetten.

 

<< Meer nieuws